Dag 1:Klant- en Collega gerichte gedragshouding, versterking van de persoonlijke invloed op vertrouwensrelaties en dus het gunning-proces met collega's en klanten. Het nemen van proactieve verantwoordelijkheid in relatie tot klant en collega gerichtheid. Vergroting van het besef dat leidinggevende monteurs de “ogen en oren” zijn, en dat zij mede verantwoordelijk zijn voor het klant en monteur behoud. Versterking van de motivatie voor monteurs en de werkzaamheden in samenhang met het elimineren van excuses-gedrag.
Dag 2: Leiding geven en aansturen. De volgende onderdelen binnen het leiding geven richting monteurs komen aan bod. Coachen en sturen en de aanpak hier. Facilitair, sociaal en situationeel leiding geven. Leiding geven zonder dwang maar als sociaal proces. Leiding geven in conflictsituaties richting klant en/of collega-monteur. Voorbereiding en hanteren conflictgesprekken. De monteur als mens en zijn kernkwaliteiten. Delegeren; wat wel en wat niet.
Dag 3:Verdieping aangaande communicatie Enthousiasme ontwikkelen voor contactkwaliteit-verbetering. Achterhalen van klant en collega informatie met betrekking tot het werk. Het leren herkennen van koop en klacht signalen van de klant zodat een bijdrage geleverd kan worden aan de commerciële communicatieve inspanningen van de organisatie. Binding door het ambassadeurschap. Accentuering van de toegevoegde waarde van deze diensten en/of producten voor klanten en collega's. Omgaan met bezwaren, relatiebehoud bij mening-verschillen en conflicten, het voorkomen van conflicten en het behouden van opdrachten richting de klant.
Wat kan én weet een deelnemer na deze kennisbagage
Dat het communiceren met klanten leuk is en voldoening geeft. Dat leiding geven gepaard gaat met communiceren en interesse in de collega en dat dit geduld vraagt. Dat leiderschap geen eigenschap is maar interactie. Hij kan zich nog beter en genuanceerder uiten dan voorheen.
Deelnemer weet goed te communiceren in ontstane conflictsituaties en deze tot goed einde te brengen, zowel met klanten als met collega's.
Deelnemer kent de verschillende fases in zijn bezoek en weet hier structuur voor klant, collega en hemzelf aan te geven. Weet dat ook hij het verschil kan maken bij de klant en collega.
Hij een ambassadeur is van het bedrijf bij de klant.